Integraal Rivier Management wordt een Programma onder de Omgevingswet. Maar wat is IRM en wat kunnen en moeten we er als gemeenten mee? Reden genoeg om dit onderwerp apart per taakgroep te agenderen en met elkaar door te spreken. Deze ‘themataakgroepen’ vonden plaats in december, zowel digitaal als fysiek.
Aanleiding
In oktober waren de eerste bijeenkomsten van de taakgroepen in nieuwe samenstelling. Daarin passeerden kort de inhoudelijke onderwerpen de revue waar de VNR mee aan de slag is. Integraal Rivier Management (IRM) is daar één van. Het opstellen van dit programma is een tijd gestuurd proces; voor de zomer van 2023 moet er een concept Programma onder de Omgevingswet (PoW) zijn. Begin december was de 50% versie beschikbaar. De inhoud is abstract met nog onduidelijkheid over de gevolgen voor gemeenten. Daarom gaf het programmabureau IRM in alle taakgroepen een toelichting op proces en inhoud en ging het gesprek aan met gemeentebestuurders.
Integraal Rivier Management
Het hoofddoel van IRM is het komen tot een toekomstbestendig riviersysteem dat meervoudig bruikbaar is en als systeem goed functioneert. De basis is een beleidskeuze over hoe diep de rivier wordt en hoeveel water we veilig kunnen ontvangen. Het systeem staat centraal en ondersteunt de doelen die we met de rivier hebben. Het is een programma van Rijk en Regio.
Verhaallijn / aanpak
Het riviersysteem verandert door ontwikkelingen als normalisatie van de rivier, bodemerosie, toename van hoge en lage afvoeren, zeespiegelstijging, verdroging en verzilting. Dit heeft gevolgen voor de doelen die we met de rivier hebben: waterveiligheid, zoetwatervoorziening, natuur en waterkwaliteit, bevaarbaarheid en ruimtelijke ontwikkelingen. Om te bepalen wat van belang is zijn er twee leidende principes; water en bodem zijn sturend voor de ruimtelijke inrichting en laagwaterstanden moeten omhoog en hoogwaterstanden omlaag. Daar volgt een richting op twee onderwerpen uit:
- Een voldoende stabiele en beheerbare bodemligging die bijdraagt aan herstel van de natuurlijke rivierdynamiek en zorgt voor een goede bevaarbaarheid en waterverdeling over Neerland in tijden van lage rivierafvoer.
- Voldoende afvoer- en bergingscapaciteit om klimaatverandering en ruimtelijke ontwikkelingen (natuur, bodemligging en overige opgaven) te kunnen faciliteren.
Daarnaast valt de uitwerking van de Programmatische Aanpak Grote Wateren (PAGW) voor het rivierengebied, als ruimtevrager, onder IRM. Het PAGW heeft een ruimtelijke opgave opgesteld voor ecotoopverandering, geconcentreerd in kerngebieden.
Prioritaire gebieden en processen
De 50% versie geeft een eerste inzicht gegeven wat er moet gebeuren en waar er gestart moet worden. Gebieden staan in cirkels weer gegeven op een kaart. In deze gebieden komen gemeenten in beeld, om de concrete uitwerking mede vorm te geven. Naast gebieden waar fysieke maatregelen genomen worden, zijn er ook processen die bijdragen aan het verminderen van de opgave, bijvoorbeeld stuwbeheer, het stopzetten van onttrekkingen aan het zomerbed of het maken van internationale afspraken.
Proces
Het programma is een visie, met keuzes voor bodemligging en afvoercapaciteit, in welke gebieden aan de slag te gaan, hoe gaan we dat dan doen (werkwijze) en een kennisagenda. Het is bindend voor het Rijk en wordt uitgewerkt in samenwerking met de regionale overheden. Er komt een bestuursovereenkomst en per gebied een overeenkomst.
Begin februari is er een 80% versie van het PoW. Er wordt iets meer tijd genomen om te ‘doorleven’ wat de gevolgen zijn van de richting die voorgesteld wordt. Voor de zomer moet er een definitief ontwerp zijn, dat ter inzage gaat. Begin 2024 zouden de gebiedsprocessen kunnen starten.
De bestuurders die aanwezig waren bij de themataakgroepen kregen gevoel bij waar IRM over gaat en konden hun vragen stellen. Inzicht in de werking van het riviersysteem, wat inhoudelijke en technische informatie is, gaf duidelijkheid over waarom bepaalde keuzes gemaakt worden. De uitwerking van IRM vindt plaats in de gebieden, daar worden gemeenten nadrukkelijk bij betrokken.