Tijdens de Jaarvergadering van de VNR is het rapport ‘De Maasterrassen, perspectieven voor de levensader van Limburg’ aangeboden aan dijkgraaf Patrick van der Broeck en wethouder Antoon Splinter. Het rapport geeft een visie op ruimtelijke ontwikkeling en hoogwaterveiligheid in het Noord-Limburgse Maasdal.
ARK Natuurontwikkeling, Staatsbosbeheer, Stichting het Limburgs landschap en het Wereldnatuurfonds laten in het rapport zien dat de Noordelijke Maasvallei, grofweg tussen Neer en Mook, een uniek en waardevol rivierlandschap is. Er ligt een diep ingesneden Maas, met aan weerszijden van de rivier nog duidelijk herkenbare rivierterrassen. De hogere rivierterrassen liggen inmiddels buiten het bereik van de Maas. In de geulen waar de Maas ooit stroomde komt helder grondwater aan de oppervlakte. Deze opbouw vraagt om een eigen benadering van waterveiligheidsingrepen. Brede diepe nevengeulen en grote plassen passen niet bij dit landschap. Door het oplopende landschap is rivierverruiming minder effectief dan langs veel andere rivieren. De organisaties raden aan om subtiel en kleinschalig te werk te gaan.
De visie is actueel, omdat er in heel Limburg nog vele tientallen kilometers dijken moeten worden verhoogd of versterkt en rivierverruimende maatregelen moeten worden getroffen. Deze maatregelen hebben veel impact en drukken hun stempel op het landschap. De natuurorganisaties roepen de partners die aan de slag zijn met dijkverhoging en rivierverruiming op om het landschap en de natuur te koesteren en te werken vanuit de specifieke kenmerken van de Noord-Limburgse Maasterrassen, het DNA van het gebied. Door de logica van dit landschap te volgen ontstaan ingrepen die goed passen bij dit gebied en bij de activiteiten die er plaats vinden, zoals landbouw en recreatie. Maatregelen om het overstromingsrisico te beperken zullen zo meerwaarde opleveren voor bewoners, bezoekers en natuur en een impuls geven aan duurzame economische ontwikkelingen.
Het Maasterrassen verhaal vormt een regionale uitwerking van de visie ‘Ruimte voor levende rivieren’ die in 2017 door samenwerkende natuur organisaties is gepresenteerd. Deze landelijke visie op de ontwikkeling van het rivierengebied is een eigentijdse voortzetting van de ideeën die in 1992 al voort kwamen uit het plan Levende Rivieren (en de basis vormde voor programma’s als Ruimte voor de Rivier). Het rapport De Maasterrassen is hier te lezen.
April 2019